Over eetstoornissen hebben we het niet vaak. Om hier meer over te weten te komen, gingen wij in gesprek met Teun Remij (29). Teun werkt al 2,5 jaar als gediplomeerd dramatherapeut bij eetstoorniskliniek Human Concern en heeft in het verleden eetstoornis NAO gehad, al wist hij dit eerst niet van zichzelf. “Ik was depressief en dacht dat ik daardoor minder at. Eetstoornissen worden gezien als vrouwenprobleem, zeker in de media. Ik herkende mijn eetstoornis hierdoor jarenlang niet. Onder mannen rust nog een groot taboe op het hebben van eetstoornissen.”
Hoe komt het dat een eetstoornis niet snel wordt geassocieerd met mannen?
“Bij eetstoornissen denk je standaard aan vrouwen, omdat er verwacht wordt dat vrouwen meer bezig zijn met hun uiterlijk. Terwijl mannen dit net zo goed doen, maar op hun eigen manier. Denk bijvoorbeeld aan naar de sportschool gaan en breed willen zijn. Al was dat bij mij juist afvallen. Het kan heel dubbel zijn. Ik denk dat eetstoornissen en onzekerheden onder mannen vroeger net zoveel speelden als nu, maar dat het niet door de beugel kon om daarover te praten.”
Een eetstoornis gaat eigenlijk nooit over het eten zelf. Het is een symptoom van onderliggende problematiek.
Hoeveel mannen lopen er rond met een eetstoornis in Nederland?
“Cijfers zijn lastig te krijgen, omdat mensen zich lang niet altijd bewust zijn van de eetstoornis. En als ze zich hier wel bewust van zijn, dan duurt het soms even even voordat ze hiervoor uit durven te komen. Ook worden eetstoornissen vaak niet officieel gediagnosticeerd. En: wanneer heb je het eigenlijk over een eetstoornis? Wat mij betreft is dat wanneer je zelf last gaat hebben van je eet- en beweegregels. Als je móet sporten, móet compenseren, móet leven binnen bepaalde kaders. Maar ook als je minder goed functioneert of als je omgeving er last van heeft.”
Als ik maar weinig eet, dan ben ik wat waard. Ik kan wat en presteer wat.
Hoe ontstaat een eetstoornis?
“Een eetstoornis gaat eigenlijk nooit over het eten zelf. Het is een symptoom van onderliggende problematiek. Het gaat om emoties, die iemand niet wil voelen, en om lage zelfwaarde. De eetstoornis helpt om die zelfwaarde korte periodes op te krikken. “Als ik maar weinig eet, dan ben ik wat waard. Ik kan wat en presteer wat.” Of: “Na deze eetbui ga ik me weer houden aan bepaalde strenge eet- en beweegregels, om me weer goed over mezelf te voelen.” Zo wordt de eetstoornis onderdeel van iemands eigenwaarde. Het is daarom belangrijk om jezelf af te vragen wat de eetstoornis je geeft in je leven. Een eetstoornis wordt meestal gebruikt als middel om gevoelens te verdoven. Eten wordt op deze manier ingezet als functie om emoties te reguleren of zelfwaarde te krijgen, allemaal extern. Of je dit nou doet door extreem weinig te eten of extreem veel te eten, je leidt de aandacht af van het probleem en probeert op deze manier controle te houden over jezelf en over de situatie.”
Hoe herkende je jouw eetstoornis destijds?
“Niet, haha. Ik was depressief en dacht dat ik daardoor minder at. Ik kon wel aanvoelen dat er iets mis was, maar het lukte niet goed om hier mijn vinger op te leggen. Door middel van therapie zag ik in dat het ‘klooien’ met eten betekenis had, dat het eigenlijk ergens anders voor stond. Het voelde een beetje als uit de kast komen, zoveel schaamte ging er mee gepaard. “Kan een eetstoornis bij mannen voorkomen dan?”, dacht ik vaak. Ik zag het als een zwakte en mocht de eetstoornis niet hebben van mezelf. Alsof ik de situatie in de hand zou moeten hebben, dat ik anders raar was, faalde of geen goed mens zou zijn. Om die reden rust er op eetstoornissen nog een groot taboe.”
Je kunt je eerst slechter gaan voelen, maar eigenlijk ben je op weg naar vrijheid.
Zijn er nog meer signalen die je kunt herkennen?
“Een eetstoornis gaat vaak samen met een laag zelfbeeld, perfectionisme, eetregels, drang naar controle en een futloos gevoel. Je hebt jarenlang bepaalde patronen ontwikkeld, die gepaard gaan met liegen tegen jezelf en tegen de omgeving. Dat wordt dan jouw nieuwe waarheid. Hoe dit doorbroken kan worden? Je hebt iemand nodig die je een spiegel voorhoudt om er zo achter te komen: Wat zijn jouw beweegredenen? Waarom eet je zoals je eet? Wat levert het je op, maar wat kost het je ook? Door je bewust te worden van de eetstoornis, kan de lijdenslast niet verder toenemen.”
Wat denk je dat het oplevert als dit taboe wordt doorbroken en de eetstoornis wordt aangepakt?
“Soms wil je gewoon weer vrij kunnen eten, zonder altijd maar na te denken. Daarvoor moet je tegen de regels ingaan, en dat is moeilijk. Bij een eetstoornis maak je zelf geen keuzes, maar laat je deze maken door de stoornis, die steeds meer controle krijgt over jouw gedrag. Maak je je eigen keuzes, dan kan de eetstoornis deze minder voor jou maken. Het gaat erom dat jij dit stukje controle weet terug te pakken over je leven. Op het moment zelf kan dit heel ongemakkelijk voelen, omdat eten een vorm van emotieregulatie is. Luister je niet naar jouw eetstoornis, dan word je ineens geconfronteerd met alle onderliggende emoties, zoals boosheid, verdriet, etc. Daarom kun je je eerst slechter voelen en het idee hebben dat je lijdt, maar eigenlijk ben je op weg naar vrijheid.”
Hoe heeft jouw eetstoornis vandaag de dag nog invloed op jouw leven?
“Ik dacht vroeger altijd: “Je hebt zekere en onzekere mensen in het leven. En als je onzeker bent, kun je nooit zeker worden.” Tot ik mensen ben gaan observeren, die in mijn ogen zeker waren. Ik zag in dat zij heel anders omgingen met hun onzekerheid: ze spraken het uit en gaven het hierdoor bestaansrecht. Dit leerde mij om me kwetsbaarder op te stellen. Het is belangrijk dat je jezelf toestaat dat de emoties er zijn en ziet dat dit niets raars is. Vandaag de dag eet ik goed en voel ik me goed. Als ik moe ben, me onzeker voel of mijn gevoelens te weinig uit, merk ik wel dat ik mezelf dikker voel. Maar de drang om ernaar te handelen is er niet meer. Mooi eigenlijk dat mijn lichaam me zegt: “Hé Teun, je mag weer wat meer gaan praten.” Ik zie het als een signaal van mijn lichaam om me bewust te worden van wat er speelt.”