Heb je de knoop doorgehakt en besloten om helemaal vegetarisch te eten of zelfs plantaardig? Zodra je deze keuze hebt gemaakt, zul je merken dat je vegetarisch of veganistisch eten niet gelijk lekker zult vinden. Vaak geven mensen ook aan dat ze niet 100% vegan eten, omdat ze bang zijn dat ze dan de smaak van vlees, vis, zuivel gaan missen. Maar wist je dat je smaakpapillen veranderen wanneer je begint met vegan of plantaardig eten?


Smaakpapillen zijn ingewikkeld

Smaakpapillen zijn zenuwuiteinden aan het eind van je tong die je hersenen vertellen wat je proeft. Ze identificeren specifieke stofjes en zenden vervolgens signalen uit naar je hersenen. Die signalen worden vertaald als bijvoorbeeld ‘zoet’ en ‘zout’. Er zijn vijf verschillende soorten smaken: zoet, zout, zuur, bitter en unami (oftewel hartig). Welke smaken jij lekker vindt, is genetisch bepaald.

Nieuwe smaakpapillen

Ongeveer eens in de twee weken worden er weer nieuwe smaakpapillen ontwikkelt, net zoals andere cellen in ons lichaam. Dit proces gaat langzamer naar mate je ouder wordt. Je hebt vast wel eens gehoord: ‘Je moet koffie leren drinken’, en daar zit wel een kern van waarheid in verstopt. Je smaakpapillen moeten net als bij koffie ook aan de smaak van plantaardig of vegetarisch voedsel wennen.

Laat je smaakpapillen wennen

In het begin zal het best lastig zijn om de oude gewoontes zoals een stukje vlees of een glaasje melk op zij te zetten, maar gelukkig zijn er genoeg manieren om te wennen aan je nieuwe eetpatroon. Zit je niet te wachten op een dieet gebaseerd op noten, tempeh, tofu en ander plantaardig eten? Met deze tips gaat het wennen aan plantaardig en vegetarisch eten iets makkelijker.

1. Eet peulvruchten als de structuur van vlees mist

Er zijn genoeg vegetarische burgers te vinden tegenwoordig, denk hierbij aan zwarte bonenburgers, een bloemkoolburger, of bieten falafel. Klik hier voor meer vleesvervangers.

2. Combineren

Laat de bittere smaken vervagen door iets zoets of zuurs toe te voegen aan je gerecht. In de meeste gevallen zal de zoete of zure smaak overheersen en kunnen jouw papillen langzaam maar zeker wennen aan de wat bittere smaken. Combineren met smaken helpt vooral bij groentes als spruitjes en witlof.

3. Sauzen, dressings, kruiden

Ga je iets eten waar weinig smaak aan zit? Trek dan maar gauw de keukenla met kruiden open. Je kunt paprikapoeder, peper, zout, knoflookpoeder en nog veel meer lekkere specerijen toevoegen aan je gerecht, wat je maar lekker vindt. Wat ook helpt is een lekker sausje of dressing maken of kopen. Bouw het gebruik van sausjes en dressing langzaam af, zo wen je steeds beter aan de smaak. Je merkt dat je steeds minder of bijna géén sausjes of dressings meer nodig hebt om je gerecht lekker te maken.

Bekijk ook: