Intermittent fasting: je hebt er misschien wel al eens van gehoord. Maar wat houdt het nu precies in? Welke voordelen kun je eruit halen? En is het wel een goed idee? Als je een antwoord wil op die vragen, ben je hier aan het juiste adres. Lees snel verder als je alles wilt weten over deze vorm van fasting!
Wat is intermittent fasting?
Het idee achter intermittent fasting is, net als de praktijk, eigenlijk helemaal niet nieuw. Verschillende religies werken met periodes van vasten, maar ook andere diëten baseren zich op hetzelfde principe: namelijk het idee dat het gezonder is om je maaltijden enkel op bepaalde tijdstippen van de dag te nuttigen. Concreet gezien betekent dit het volgende. Wie aan intermittent fasting doet, zal zichzelf een tijdstip toekennen voor het ontbijt. Na het nuttigen van dat ontbijt volgt een periode van vasten. Doorgaans neemt men hier twaalf uur de tijd voor, maar je kunt er uiteraard je eigen draai aan geven. Na de periode van vasten wordt een avondmaal genuttigd. Soms kiezen aanhangers van het dieet er ook voor een volledige dag zonder maaltijden door te brengen – we raden dit niet meteen aan aan mensen die het dieet willen uitproberen.
In de praktijk ziet dat er bijvoorbeeld zo uit:
- 7.15: vullend ontbijt, liefst met veel proteïnen.
- 7.45-19.30: vastenperiode.
- 19.30: avondmaal.
- 20.30: eventueel nagerecht.
Intermittent fasting is dus strikt genomen geen vorm van diëten. Je beperkt je calorie-inname niet, en schrapt ook geen voedingssoorten van het menu. In plaats daarvan leg je dus restricties op de momenten waarop je eet.
De voordelen van intermittent fasting
Een eerste voordeel van intermittent fasting is het feit dat, wanneer je weet dat je het even zult moeten trekken met je laatste maaltijd, je meer geneigd bent daar een gezonde maaltijd van te maken. Je weet bijvoorbeeld dat je geen hele dag doorkomt op een kom cornflakes en gaat al sneller de moeite nemen om een omelet met groente te maken.
Daarnaast verlies je met intermittent fasting gewicht zonder daarvoor ‘lekkere dingen’ te laten. Je kunt ’s morgens of ’s avonds altijd voor een zoete optie gaan, zonder je daar schuldig over te moeten voelen. Let er enkel op dat je wel voldoende van de juiste voedingsstoffen binnenkrijgt.
Intermittent fasting zet twee mechanismen in werking die je zullen bijstaan in het afvallen. Enerzijds maak je tijdens elke vastenperiode meer van het menselijk groeihormoon aan – dit hormoon helpt bij het verbranden en kwijtraken van vet. Daarnaast verlagen ook je insulinewaarden, en daardoor gaat je metabolisme dan weer sneller werken.
Tot slot melden mensen die een tijd aan intermittent fasting hebben gedaan dat ze meer energie hadden, beter sliepen en zich over het algemeen wakkerder en gezonder voelden.
Tips voor wie intermittent fasting uitprobeert
Er zijn enkele dingen waar je rekening mee moet houden wanneer je aan intermittent fasting begint.
- Let op je bloedsuikerspiegel. Wanneer je gedurende langere periodes last hebt van hoofdpijn, duizeligheid, rusteloosheid, bevingen of zelfs hartkloppingen, kun je je dieet beter een stuk terugschroeven, of moet je beter gaan letten op wat je precies eet. Zorg dat je van elke voedingstof de juiste hoeveelheid binnenkrijgt.
- Combineer je intermittent fasting met het aanvangen van een sportactiviteit? Stel dan beter een van de twee uit. Het is beter om eerst gewend te raken aan ofwel het vasten, ofwel het sporten alvorens de twee te combineren.
- Las voor je met intermittent fasting begint een week in waar je suikers mijdt. Zo went je lichaam langzaam aan de lagere insulinewaarden. Dit is zeker aan te raden voor mensen met een hoge insulinegevoeligheid (vaak mensen die minstens vijf tot zes maaltijden per dag ‘nodig’ hebben om zich niet belabberd te gaan voelen – dit komt vaker voor dan je zou denken, maar hoeft geen permanente toestand te zijn).
- Bouw het traag op. Schrap geleidelijk aan eetmomenten, in plaats van meteen naar twee maaltijden per dag te gaan.
Lees ook
